Na maanden van politieke discussies heeft de Eerste Kamer ingestemd met de wet 'betaalbare huur'. Deze wet brengt historische veranderingen met zich mee door de strenge regulering van huurprijzen voor veel particuliere huurwoningen.
Vanaf 1 juli 2024 zullen veel huidige vrije sector woningen worden geclassificeerd als 'middenhuur-woningen'. Dit betekent dat hun huurprijs niet langer door de markt wordt bepaald, maar gereguleerd wordt.
Voor veel huurders klinkt dit als goed nieuws, aangezien de huurprijzen vaak aanzienlijk lager zullen zijn dan nu. Maar wat zijn de argumenten voor deze wet, en zal deze wet echt het gewenste effect hebben?
Argumenten voor de wet
Demissionair minister Hugo de Jonge kreeg in het kabinet Rutte IV de opdracht om excessen in de huursector aan te pakken, de snelle stijging van huur- en koopprijzen te stoppen en de bouw van nieuwe woningen te stimuleren. De wet 'betaalbare huur' is een stap in die richting.
Wat valt er onder de wet?
Een veelvoorkomend misverstand onder verhuurders is dat de wet alleen geldt voor zelfstandige woningen. Dit is niet waar. Ook kamerverhuur en studentenwoningen vallen onder de nieuwe regels. De wet dwingt het WWS-stelsel op voor studentenwoningen, woningdelers en studio's, en verbiedt tijdelijke huurcontracten vanaf 1 juli 2024.
Aanpak van Minister de Jonge
Direct na de installatie van het kabinet in 2022 kondigde Minister de Jonge plannen aan voor de middenhuurregulering, waarbij huurprijzen door de overheid worden beperkt tot maximaal €1000. Het idee was dat malafide verhuurders hierdoor hun woningen zouden verkopen, wat goed nieuws zou zijn voor starters op de koopwoningmarkt.
Na diverse aanpassingen is het wetsvoorstel 'betaalbare huur' aangenomen. Dit houdt onder andere in:
-
Verplichte WWS tot 186 punten met een maximale huur van €1165,81 (prijspeil juli 2024).
-
Stimulering van verduurzaming door hogere E-labels te belonen en lagere labels te korten op de huurprijs.
-
Dwingend toezicht door gemeenten op naleving van de wet.
-
Beperkte overgangsregeling voor bestaande huurcontracten.
Gevolgen voor de huurmarkt
De intentie was om meer betaalbare woningen te creëren, maar de nieuwe regelgeving kan investeerders afschrikken. Lagere huurinkomsten maken investeringen minder aantrekkelijk, wat kan leiden tot een afname in de bouw van nieuwe huurwoningen en een verergering van het woningtekort.
Gevolgen voor woningkopers en starters
Het tekort aan huurwoningen zal naar verwachting de koopprijzen van woningen verder opdrijven. Mensen die geen huurwoning kunnen vinden, zullen sneller een koopwoning overwegen. De dalende hypotheekrente versterkt deze trend.
Prijsopdrijvend effect
Zoals altijd drijft een lage hypotheekrente en een vraag gedreven markt de prijzen verder omhoog. Woningkopers, of ze nu particulieren of beleggers zijn, zullen blijven kiezen voor kopen boven huren, omdat een eigen woning vaak in waarde stijgt en hypotheekrente aftrekbaar is.
Kortom, de wet 'betaalbare huur' brengt aanzienlijke veranderingen met zich mee, maar de langetermijneffecten op de woningmarkt blijven onzeker. Hoe lang het 'feestje' voor huurders zal duren, moet nog blijken.
Reactie plaatsen
Reacties